Boek

God en de koe en andere vertelsels

God en de koe en andere vertelsels
×
God en de koe en andere vertelsels
Boek

God en de koe en andere vertelsels

Nederlands
2000
Volwassenen
Overzicht van het ontstaan van enkele korte verhalen van de Vlaamse schrijver (1886-1947).
Titel God en de koe en andere vertelsels
Taal Nederlands
Uitgever Leuven: Davidsfonds, 2000
119 p.
ISBN 90-6306-427-6

Leeswolf

Felix Timmermans, zo maakt August Keersmaekers in zijn inleiding op de vijf hier gebundelde teksten duidelijk, had een opmerkelijke werkwijze. De suggestie van spontaneïteit die er van de gepubliceerde werken uitgaat, staat in schril contrast met de moeizame manier waarop ze werden geschreven. Sommige auteurs schrijven zoals Mozart componeerde, m.a.w. het werk is in hun geest af; ze moeten het enkel maar noteren. Bij Timmermans was dit radicaal anders. Cyriel Buysse zei over zichzelf: "De gedachten vloeien door mijn vingertoppen". Dit was in nog sterkere mate ook voor Timmermans het geval. Hij schreef een tekst, schreef de hele tekst opnieuw, gaf die versie nog eens een grondige revisie, publiceerde uiteindelijk zijn verhaal en... bij een herdruk schreef hij het nogmaals opnieuw. Van het verhaal 'De uil' zijn hier dan ook drie versies opgenomen.

Dit verhaal heeft de charme en het schijnbaar naïeve karakter van sommige teksten uit 'Des Knabes Wunderhorn' (bv. 'Ablösung im Sommer' of 'Lob des hohen Verstands') zoals ze door Mahler zijn getoonzet. Zeer uitvoerig en met academische acribie toont Keersmaekers aan hoe Felix Timmermans er pas na ontelbare pogingen in slaagde een tekst als deze zijn waarmerk (kenmerkende stijl, toon) mee te geven. Het luchtige en speelse was het resultaat van een moeizaam verlopend creatief proces. Merkwaardig en paradoxaal wellicht, maar voor de lezer telt uiteraard alleen het resultaat en dat mag gelezen worden. [Rik Bobine]

NBD Biblion

Dr. Theo Hoogbergen
Het fabeltje dat auteurs -prozaschrijvers of dichters- hun werk uit een spontane drang van bovenaardse inspiratie aan het papier zouden toevertrouwen, is al lang en afdoende ontkracht. Ook van de Vlaamse rasverteller Felix Timmermans (1886-1947), vinder van verhalen en schrijver van de eenvoud, blijkt schrijven, herschrijven en opnieuw formuleren vooraf te gaan aan een definitieve tekst. Hij lijkt een stramien nodig te hebben: een korte, dorre inhoud, die vaak onleesbaar en slordig wordt opgeschreven. Dan volgen voortdurende doorhalingen, aanvullingen van woorden, zinnen en hele alinea's. Zijn schrift wordt ook fraaier, maar tot het einde toe zijn er verbeteringen. Er is ook groei van het schrijverschap en een evolutie van de geest. Na een inleiding van August Keersmaekers vindt deze stelling toelichting in vier verhalen. Tot slot worden twee of meer versies van deze verhalen ook integraal afgedrukt: 'Mijn vertellingen', waarin veel autobiografische mededelingen; 'De Uil' (drie versies); 'Het Haasje' (twee versies) en 'God en De Koe' (twee versies). Het zijn geen opzienbarende ontdekkingen, ook niet voor de in Timmermans geïnteresseerde lezer. Verzorgde uitgave, kleine druk.